Veelgestelde vragen
1. Is het in alle gevallen ontoelaatbaar om op welke wijze dan ook een vrouw op te nemen of te verplegen die een abortus provocatus zal ondergaan?
Nee, er is één uitzondering: in een situatie waarbij het voortduren van de zwangerschap het leven van de moeder in gevaar brengt is het zelfs geboden om de zwangerschap af te breken.
2. Hoe moet mijn houding zijn tegenover een vrouw die zojuist een abortus provocatus heeft laten verrichten?
Deze vrouw moet zonder enig voorbehoud correct verpleegd worden. Bij verdriet zo mogelijk troosten, zonder daarbij haar keuze voor abortus te legitimeren. Informatie over hulp bij eventuele problemen in de verwerking van een abortus kan, waar mogelijk, worden verstrekt. Siriz geeft hulp aan vrouwen die vastlopen in de verwerking van een abortus.
3. Maakt mijn geweten het aanvaarden van een baan op de afdeling verloskunde niet onmogelijk?
In principe niet. Een zwangerschapsafbreking is volgens de wetgever geen normaal onderdeel van een gynaecologische praktijk ‘in zijn volle omvang’ (dit laatste om aan te geven dat in een ‘beperkte omvang’, zoals een abortuskliniek, dit wel een normaal onderdeel van de praktijk is).
Hieruit mag worden geconcludeerd dat een gewetensbezwaarde als zodanig niet als minder geschikt mag worden aangemerkt in het uitoefenen van zijn of haar beroep (b.v. een verpleegkundige op een gynaecologische afdeling). Het werken op deze bepaalde afdeling kan immers voor de verpleegkundige het belangrijkste motief geweest zijn om voor dit specialistische vak te kiezen.
4. Mag ik als apothekersassistent(e) de morning-afterpil verstrekken?
Zoals in het inleidende artikel duidelijk is gemaakt, is één van de mogelijke werkingsmechanismen van de MAP die van een abortivum, dat wil zeggen een middel dat een abortus in gang zet (provoceert). Een tegenstander van abortus provocatus zal dan ook moeite hebben met het verstrekken van middelen die mogelijk abortus bevorderend zijn. Het standpunt moet overigens ook bekend zijn bij de leidinggevende, zodat van tevoren bekend is hoe te handelen tijdens een situatie waarin solistisch gewerkt wordt (avond/nacht/ weekenddienst).
Wel moet de actualiteit goed gevolgd worden: de huidige generatie MAP-en is nauwelijks abortief en werkt voornamelijk anticonceptief. Het kan dus zijn dat op den duur het principiële bezwaar onhoudbaar wordt. Dat is momenteel nog niet helemaal het geval.
5. Hoe moet ik staan tegenover prenatale onderzoeken zoals tripletest, vruchtwaterpunctie, nekplooimeting en NIPT?
Vaak laten vrouwen de prenatale testen doen in de hoop op een gunstige uitslag om daarmee gerustgesteld te worden. Er zijn echter kanttekeningen te plaatsen bij de uitwerking van de testen:
- Door het ondergaan van de testen tot in de 20ste week verkeert men de helft van de totale zwangerschapsduur in onrust;
- De prenatale testen geven in eerste instantie slechts een risicoschatting. Pas na prenatale diagnostiek is meer concreet te zeggen of het ongeboren kind een afwijking heeft. Daar komt bij dat veel ouders het interpreteren van risico- en kanscijfers erg lastig vinden;
- Sommige methoden om daadwerkelijk vast te stellen of het ongeboren kind afwijkingen heeft, brengen risico’s met zich mee. Zo kan een vruchtwaterpunctie in 1 procent van de gevallen leiden tot een miskraam; met de komst van de NIPT is dit bezwaar echter niet meer relevant.
- De NIPT is primair ontwikkeld om afwijkingen bij het ongeboren kind op te sporen en z.m. in de baarmoeder te behandelen. Helaas kan de uitslag bij de ouders ook leiden tot een verzoek voor abortus provocatus.
- De testen tonen slechts de kans op een beperkt aantal ziekten aan en wanneer ouders daadwerkelijk een kind met een handicap blijken te verwachten, ontbreekt vaak begeleiding in de te nemen vervolgstappen.
- Veel ouders ervaren een druk uit de omgeving om over te gaan tot een abortus provocatus.
Bovenstaande kanttekeningen zou men zich goed moet realiseren, voordat men besluit mee te werken aan prenatale testen. Overigens kan de wetenschap dat ouders een kind met een handicap krijgen, hen wel helpen zich voor te bereiden op de geboorte van het kind.